Einde van de wereld?

Veel mensen denken dat het einde van de wereld dichtbij is, dat de wereld binnenkort vergaat. Ze refereren daarbij aan Openbaring. Maar ze vergeten dat hoofdstuk 1 een ander licht laat zien. We zien dat gelijk al in de eerste 3 verzen.

“Openbaring van Jezus Christus, welke God Hem gegeven heeft om zijn dienstknechten te tonen hetgeen weldra geschieden moet,……zalig hij, die dit voorleest, en zij, die horen de woorden van de profetie, en bewaren, hetgeen daarin geschreven staat, want de tijd is nabij.” (Openbaring 1:1, 3)

Ook verder in Openbaring lezen we deze zelfde inzichten.

“…en de Here, de God van de geesten van de profeten, heeft zijn engel gezonden om zijn knechten te tonen hetgeen weldra moet geschieden. En zie, Ik kom spoedig. Zalig hij die de woorden van de profetie van dit boek bewaren.” (Openbaring 22:6, 7)

“En hij zei tot mij: verzegel de woorden van de profetie van dit boek niet, want de tijd is nabij.” (22:10) In tegenstelling tot Daniël die in hoofdstuk 12 van het boek Daniël werd gesommeerd deze te verzegelen tot de eindtijd (zie www.hetboekdaniel.nl)

“Zie, ik kom spoedig en Mijn loon is bij Mij om ieder te vergelden naar dat zijn werk is.” (22:12)

“Hij, die deze dingen getuigt, zegt: Ja, Ik kom spoedig. Amen, kom Here Jezus.” (22:20)

Het boek Openbaring zegt gewoon dat alles zou plaatsvinden in de eerste eeuw: weldra geschieden, ik kom spoedig, tijd is nabij etc., spreekt over binnenkort en niet 2000 jaar later (zie artikel “Datering boek Openbaring”). Al de apostelen geloofden en wisten dat die dingen in hun leven zouden plaats vinden. De schrijver van Hebreeën zegt dit:

“want nog een korte tijd, korte tijd, en Hij,die komt, zal er zijn en niet op zich laten wachten.” (Hebreeën 10:37)

In 1 Petrus 4:7 zegt Petrus:

“het einde van alle dingen is nabij gekomen. Komt tot bezinning en wordt nuchter,”

De discipelen wezen Jezus op de tempel: welke stenen en welke gebouwen….? En Jezus zei:

“voorwaar ik zeg er zal geen steen op de andere gelaten worden die niet zal worden weggebroken.” (Mattheüs 24:2)

En ze zeiden, vertel ons Heer:

“wanneer zal dit alles geschieden en wat is het teken van uw komst bij de voleinding van de eeuwen?” (Mattheüs 24:3)

Jezus zei, wanneer het evangelie verkondigt is over heel de wereld, wat ook gebeurt is:

“hebben ze het dan niet gehoord? Zeer zeker: over de ganse aarde is hun geluid uitgegaan en tot de einden der wereld hun woorden.” (Romeinen 10:18).

“Daarvan hebt gij tevoren gehoord in de prediking der waarheid, het evangelie, dat tot u gekomen is. Immers in de gehele wereld draagt het vrucht en wast het op.” (kol 1:5, 6)

“En u niet laat afbrengen van de hoop van het evangelie, dat gij gehoord hebt en dat verkondigt is in de ganse schepping onder de hemel….” (Kolossenzen 1:23)

Deze teksten leren allemaal dat het evangelie verkondigt is in heel de wereld en aan de hele schepping, net zoals Jezus had gezegd. De ‘wereld’ hier is niet heel de planeet aarde maar het lokale gebied:

“Ik heb vrijuit tot de wereld gesproken; Ik heb voortdurend in de synagoge geleerd en in de tempel gesproken waar al de Joden zijn.….” (Johannes 18:20)

En Jezus zei dat er veel antichristenen zouden komen. Johannes bevestigde dat en zei:

“het is het laatste uur; en gelijk gij gehoord hebt, dat de antichrist komt, zijn er nu ook vele antichristenen opgestaan, en daaraan onderkennen wij dat het de laatste uur is.” (1 Johannes 2:18)

Er waren toen veel antichristussen dus ze wisten dat ze in het laatste uur zaten en dat is wat Jezus voorspelde. Het gebeurde allemaal in de eerste eeuw. Toen de discipelen Jezus vroegen, vertel ons wanneer en wat is het teken van uw komst aan het einde van de eeuwen? Einde van de eeuwen? Paulus zei, dat zij in het einde van de eeuwen waren:

“Dit is hun overkomen tot een voorbeeld (voor ons) en het is opgetekend ter waarschuwing voor ons (Paulus en de gelovigen), over wie het einde der eeuwen is gekomen.” (1 Korinthiërs 10:11)

In Hebreeën 9 zegt de schrijver:

“…maar thans is Hij eenmaal , bij de voleinding van de eeuwen, verschenen om door zijn offer de zonde weg te doen.” (Hebreeën 9:26)

Dus Jezus leerde dat het allemaal ging gebeuren en ook de schrijvers van het Nieuwe Testament bevestigden dit, inclusief Johannes. Jezus zei: wanneer jullie al die dingen en tekenen zien gebeuren, weet dan dat het einde nabij is. Jacobus zei dit ook (want hij was er ook bij):

“..…zucht niet tegen elkander, opdat je niet onder het oordeel valt; zie, de rechter staat voor de deur.” (Jacobus 5:9)

Dus zij geloofden dat het allemaal zou gaan gebeuren en het gebeurde ook. Waar ze het eigenlijk over hadden, was de verwoesting van Jeruzalem 70 jaar na Christus. Het was niet een wereldwijde catastrofe, het vond allemaal in Israël plaats. Het ging om Gods handelen met Israël, met Jeruzalem en de tempel. En door Jezus Christus is redding gekomen voor de heidenen, we zijn in het nieuwe eeuwigdurende verbond gekomen en we zullen daar voor altijd blijven. Dat kan ik bewijzen, Jesaja zegt:

“Groot zal zijn heerschappij zijn en eindeloos de vrede op de troon van David en over zijn koninkrijk, doordat hij het sticht en grondvest met recht en gerechtigheid, van nu aan en tot eeuwigheid. De ijver van de Here de heerscharen zal dit doen.” (Jesaja 9:6)

Prediker zegt ergens:

één generatie komt, de andere generatie gaat, maar de aarde blijft voor altijd staan.” (Prediker 1:4)

De Bijbel zegt dat de poorten van de stad altijd open zullen blijven staan, zodat mensen altijd binnen kunnen komen (Jesaja 60:11). Wat zei Jezus van zijn gemeente? Hij zei jullie zijn een stad die op de berg staat. Daar gaat de Bijbel over, mensen blijven komen en geloven in Jezus en gaan de stad binnen. Het is geen toekomstige stad, de stad is er al en is de gemeente van Jezus christus. Jij en ik die elkaar en de gemeente liefhebben.

Jezus zei in Mattheüs:

“Want de Zoon des mensen zal komen in de heerlijkheid zijns Vaders, met zijn engelen, en dan zal Hij een ieder vergelden naar zijn daden. Voorwaar, Ik zeg u: er zijn sommigen onder degenen, die hier staan, die de dood voorzeker niet zullen smaken, voordat zij de Zoon des mensen hebben zien komen in zijn Koninklijke waardigheid.” (Mattheüs 16:27, 28)

Komende in zijn Koninklijke waardigheid (Koninkrijk), Hij sprak niet over de berg van verheerlijking, ook niet over zijn opstanding of zijn hemelvaart. Hij sprak over Zijn komen in zijn Koninkrijk. Daar was de beloning en dat is wat er gebeurde. God vernietigde het overspelige (wij hebben geen koning, alleen de keizer – Joh. 19:15), zichzelf rechtvaardigende Israël. Zij zagen uit naar een fysiek koninkrijk, maar Jezus zei, mijn koninkrijk is niet zo dat je het kunt zien, mijn koninkrijk zit binnenin jou. Het is waar Christus woning maakt in jou en waar je vervuld bent met Gods liefde. Dan oordelen we elkaar niet meer, zeggen we niet dat we beter zijn dan die ander, nee we laten bewogenheid zien voor de ander, we laten de liefde van God zien aan andere mensen:

“want hieraan zullen de mensen zien dat jullie discipelen van Mij (Jezus) zijn, dat je elkaar lief hebt.” (Joh 13:35)